In de tijd dat de kolonisten zich voor het eerst in Amerika vestigden, bestond er veel bijgeloof rond de laurierplant. Men geloofde dat de bessen giftig waren en dat de bladeren gebruikt konden worden om spreuken uit te spreken. Een van de meest populaire overtuigingen was echter dat de laurierkaars een symbool was van geluk en voorspoed.
Volgens de legende werd de eerste bayberry-kaars gemaakt door een jonge vrouw genaamd Mary. Ze was de dochter van een boer die alles was kwijtgeraakt bij een brand. Mary was vastbesloten haar familie te helpen hun leven weer op te bouwen, dus plukte ze wat laurierbessen en maakte een kaars. Ze stak de kaars aan en plaatste hem in het raam van haar huis, en kort daarna kwam een rijke koopman langs en bood aan het gezin te helpen. De koopman was zo onder de indruk van Mary's harde werk en vastberadenheid dat hij haar een grote som geld gaf, waardoor het gezin hun huis kon herbouwen.
Het verhaal van Maria en de laurierkaars verspreidde zich snel door de koloniën, en al snel maakte iedereen zijn eigen laurierkaarsen. Men geloofde dat de kaarsen geluk, voorspoed en bescherming tegen boze geesten brachten. Ze werden vaak als geschenk gegeven en werden ook gebruikt bij religieuze ceremonies.
Tegenwoordig is de bayberry-kaars nog steeds een populair symbool van geluk en voorspoed. Het wordt vaak als cadeau gegeven, maar wordt ook in woningen en bedrijven gebruikt om een warme en uitnodigende sfeer te creëren.