Tijdens de Renaissance geloofden de meeste mensen dat vampieren echte wezens waren. Dit geloof was gebaseerd op een combinatie van factoren, waaronder religieuze overtuigingen, bijgeloof en folklore.
2. Men dacht dat vampieren de ondoden waren.
Men geloofde dat vampieren de lichamen waren van mensen die waren gestorven maar nog niet volledig waren ontbonden. Er werd gezegd dat ze 's nachts uit hun graven opstonden om het bloed van de levenden te drinken.
3. Vampieren werden geassocieerd met het kwaad.
Vampieren werden gezien als kwaadaardige wezens die een bondgenootschap hadden met de duivel. Er werd gezegd dat ze in staat waren tot grote wreedheid en sadisme.
4. Er waren veel verschillende manieren om jezelf tegen vampieren te beschermen.
Mensen tijdens de Renaissance gebruikten verschillende methoden om zichzelf tegen vampieren te beschermen. Deze omvatten het dragen van knoflook, het dragen van kruisen en het slapen met een bijbel onder hun kussen.
5. Vampieren werden soms opgejaagd en gedood.
In sommige gevallen werden mensen waarvan werd aangenomen dat ze vampiers waren, opgejaagd en vermoord. Dit werd vaak gedaan door groepen dorpelingen die gewapend waren met palen, kruisen en andere wapens.
6. Het geloof in vampieren begon in de 18e eeuw af te nemen.
Met de opkomst van de wetenschap en de verlichting begon het geloof in vampieren af te nemen. Tegen de 19e eeuw geloofden de meeste mensen niet langer dat vampiers echt waren.
Hier zijn enkele specifieke voorbeelden van wat mensen tijdens de Renaissance over vampieren dachten:
* In 1485 schreef de Duitse arts Johannes Hartlieb een verhandeling over vampieren. In dit werk beschreef Hartlieb vampieren als 'dode lichamen die door demonen zijn bezield'. Hij beweerde ook dat vampieren alleen konden worden gedood door een paal door hun hart te slaan.
* In 1597 schreef de Engelse toneelschrijver William Shakespeare het toneelstuk 'Hamlet'. In dit stuk wordt het personage Hamlet achtervolgd door de geest van zijn vader, die is vermoord door zijn broer Claudius. De geest vertelt Hamlet dat hij een vampier is en dat hij Hamlet nodig heeft om zijn dood te wreken.
* In 1697 schreef de Oostenrijkse arts Johann Joseph von Görres een boek over vampiers. In dit boek beweerde Görres dat vampieren echte wezens waren en dat hij ze persoonlijk had gezien. Hij beschreef ook de verschillende manieren waarop mensen zichzelf tegen vampieren konden beschermen.