Desinformatie: Verspreiding van onnauwkeurige informatie door roddels, sociale media of verkeerde interpretaties in de loop van de tijd.
Niet goed onthouden: Verhalen die worden doorgegeven en aangepast, kunnen subtiele veranderingen ondergaan, wat leidt tot nieuwe iteraties.
Miscommunicatie: Culturele misverstanden of taalbarrières kunnen gebeurtenissen van een aanvankelijk accuraat verhaal vertekenen.
Sensationalisme: Mensen kunnen spannende of gruwelijke details toevoegen om het verhaal boeiender te maken, vooral als er geen verifieerbare feiten zijn.
Paranoia: Angsten of zorgen over bepaalde onderwerpen kunnen een vruchtbare voedingsbodem creëren voor het ontstaan van stedelijke legendes.
Hoaxes en grappen: Sommige mensen creëren opzettelijk stadslegendes als grapjes of om anderen te misleiden.
Groepsdenken: Een veel voorkomend fenomeen waarbij ideeën resoneren met een groep, waardoor ongefundeerde verhalen zich snel binnen die gemeenschap kunnen verspreiden.
Bevestigingsbias: Mensen hebben de neiging om informatie te zoeken die hun overtuigingen versterkt, wat de verspreiding van stedelijke legendes kan ondersteunen.
Bevestigingsbias: Mensen hebben de neiging om informatie te zoeken die hun overtuigingen versterkt, wat de verspreiding van stedelijke legendes kan ondersteunen.