Er waren veel factoren die hebben bijgedragen aan de opkomst van heksenjachten. In Europa had de protestantse Reformatie een klimaat van religieuze onverdraagzaamheid en wantrouwen geschapen. Veel protestanten geloofden dat de katholieke kerk een bondgenootschap had gesloten met de duivel en dat heksen agenten van de duivel waren. Bovendien leidde de toenemende verspreiding van wetenschappelijk onderwijs ertoe dat veel mensen geloofden dat heksen magie konden gebruiken om anderen schade te berokkenen.
De eerste grote heksenjacht in Europa begon rond 1590 in Schotland. In de daaropvolgende decennia verspreidden de heksenjachten zich over Europa en Noord-Amerika. De processen werden vaak oneerlijk gevoerd en de verdachten werden vaak gemarteld om te bekennen. Duizenden onschuldige mensen werden geëxecuteerd als gevolg van deze heksenjachten.
De heksenjachten begonnen uiteindelijk in de 18e eeuw af te nemen, toen steeds meer mensen het bestaan van heksen in twijfel begonnen te trekken. De laatste grote heksenjacht in Europa vond rond 1780 plaats in Zwitserland.
De heksenjachten waren een donkere periode in de menselijke geschiedenis. Ze herinneren ons aan de gevaren van bijgeloof en intolerantie.