- Peter is in trance en heeft visioenen.
- Hij ziet allerlei wezens uit de hemel neerdalen in een laken dat aan de hoeken wordt opgetrokken.
- Peter krijgt te horen dat hij ze moet doden en opeten, maar aarzelt omdat veel van de wezens volgens de Joodse wet onrein zijn.
- Een stem uit de hemel berispt hem en zegt dat wat God rein heeft gemaakt, niet onrein is.
- Petrus wordt uitgenodigd door boodschappers van een Romeinse hoofdman genaamd Cornelius.
- Petrus vertelt het huishouden van Cornelius dat God geen vriendjespolitiek toont, maar iedereen accepteert die hem aanbidt.
- De Heilige Geest komt over Cornelius en zijn huishouden.
- Andere Joodse gelovigen zijn verbaasd dat de gave van de Heilige Geest aan heidenen is gegeven.