1. Heksen en bovennatuurlijke activiteit: Het verhaal draait om de overtuiging dat heksen en andere bovennatuurlijke wezens vooral actief zijn op 1 mei, die in de nacht vóór 1 mei valt. Het werd beschouwd als een tijd waarin de grenzen tussen de natuurlijke en bovennatuurlijke werelden vervaagden.
2. Op zoek naar schatten en rijkdom: Een van de hoofdpersonen, Levko, gaat op zoek naar een schat die verborgen is door een heks. Dit weerspiegelt de overtuiging dat 1 mei een veelbelovende tijd was om naar verborgen schatten en rijkdommen te zoeken.
3. Magische planten en kruiden: Levko's moeder verzamelt op 1 mei speciale kruiden en planten, in de overtuiging dat ze magische eigenschappen hebben. Dit sluit aan bij het traditionele geloof in de kracht van kruiden en planten voor genezing, bescherming en verschillende magische doeleinden gedurende deze tijd.
4. Liefdeswaarzeggerij en matchmaking: Jonge vrouwen, waaronder Hanna in het verhaal, houden zich op 1 mei bezig met rituelen en waarzeggerij om inzicht te krijgen in hun toekomstige liefdesleven en potentiële vrijers. Men geloofde dat bepaalde rituelen die op deze avond werden uitgevoerd iemands romantische vooruitzichten konden beïnvloeden.
5. Communicatie met de doden: Levko's moeder vermeldt dat ze een geest heeft geraadpleegd die op 1 mei verschijnt om advies en begeleiding te zoeken. Dit sluit aan bij het bijgeloof dat de geesten van de overledenen in deze tijd toegankelijker waren en bereid waren om met de levenden te communiceren.
6. Zuivering en reiniging: Hanna's moeder plaatst op 1 mei een kom water met kruiden onder de dakrand, in de overtuiging dat dit het huis zal reinigen en voorspoed zal brengen. Deze gewoonte weerspiegelt het idee om op deze avond huizen en individuen te zuiveren om het kwaad af te weren en geluk te verzekeren.
Deze bijgelovige overtuigingen dragen bij aan de bovennatuurlijke en mystieke sfeer van het verhaal en creëren een gevoel van verwondering en intriges rond 1 mei.