1. Aard van het vagevuur :
Het vagevuur werd algemeen opgevat als een tijdelijke straf na de dood voor degenen die in staat van genade stierven. Het werd gezien als een proces waarbij individuen betaalden voor de tijdelijke straf vanwege hun zonden die vergeven waren maar nog steeds gezuiverd moesten worden.
2. Motivering :
Het uitgangspunt van het vagevuur werd gerechtvaardigd door verschillende bijbelse interpretaties en theologische argumenten. Enkele aangehaalde bijbelverwijzingen zijn onder meer 1 Korintiërs 3:15, waarin het idee wordt genoemd van 'gered worden, maar toch als door vuur'.
3. Zuivering en boetedoening :
Het concept van het vagevuur diende als een stimulans voor individuen om tijdens hun leven actief deel te nemen aan daden van boetedoening en liefdadigheid. Men geloofde dat daden zoals gebed, vasten en het kopen van aflaten de duur van het verblijf in het vagevuur voor zichzelf of voor anderen konden verkorten.
4. Artistieke representaties :
Het geloof in het vagevuur kwam vaak tot uiting in de kunst en literatuur uit de Renaissance. Afbeeldingen van zielen die zuivering of vagevuur ondergaan, symboliseerden het concept. Voorbeelden van dergelijke werken zijn onder meer de sectie 'Inferno' in Dante's 'Divine Comedy'.
5. Voorbede :
De renaissanceperiode was getuige van de wijdverbreide praktijk van het opzeggen van voorbeden voor de doden. Men geloofde dat gebeden van individuen op aarde de duur van het verblijf van zielen in het vagevuur konden helpen verkorten.
6. Debat en controverses :
Hoewel het concept van het vagevuur binnen de katholieke kerk algemeen werd aanvaard, betwistten hervormers als Maarten Luther en enkele andere protestanten het idee en beschouwden het als een tegenspraak met de leer van verlossing door geloof alleen. Dit debat werd tijdens de protestantse Reformatie heviger en droeg bij aan theologische verschillen tussen het katholicisme en het protestantisme.
Samenvattend zag het Renaissance-tijdperk een sterk geloof in het concept van het vagevuur als een tussenstadium van zuivering voor zielen vóór hun opstijging naar de hemel. Het beïnvloedde religieuze praktijken zoals gebeden voor de doden en vormde in die periode theologische discussies.