2. De demonoloog werd geraadpleegd om te helpen het zogenaamd spookhuis schoon te maken.
3. De oude tekst gaf enig inzicht in de demonologie van de regio.
4. Het verhaal bevat elementen van demonologie en hekserij.
5. Het museum toonde artefacten gerelateerd aan demonologie en occulte praktijken.