In de oude Noorse mythologie werden raven geassocieerd met de god Odin, die bekend stond om zijn wijsheid en macht. Odin had twee raven, Huginn en Muninn, die de wereld in zouden vliegen en hem nieuws zouden brengen over wat er aan de hand was. Raven werden ook gezien als symbolen van oorlog en conflict, omdat ze in de Noorse kunst vaak werden afgebeeld in gevechtsscènes.
Daarentegen werden raven in andere culturen vaak gezien als een slecht voorteken. In het oude Rome werden raven geassocieerd met dood en verval, en men geloofde dat het zien van een raaf een teken was van naderend onheil. Deze overtuiging was waarschijnlijk te wijten aan het feit dat raven aaseters zijn en dat men ze vaak zag voeden met dode lichamen.
In sommige Indiaanse culturen werden raven ook als een slecht voorteken gezien. De Navajo geloofden dat raven in verband werden gebracht met hekserij, en ze vermeden het vaak om raven te doden uit angst zichzelf ongeluk te bezorgen.
In modernere tijden worden raven nog steeds geassocieerd met zowel geluk als pech. In sommige culturen worden ze gezien als een symbool van wijsheid en intelligentie, terwijl ze in andere culturen nog steeds worden gevreesd als een teken van de dood. Uiteindelijk hangt de betekenis van een raafwaarneming af van de overtuigingen van het individu dat het ziet.