Insecten: Insecten die in de buurt van lichtbronnen vliegen, kunnen ook bewegende schaduwen creëren.
Bladeren en takken: Bladeren en takken die door de wind worden bewogen, kunnen schaduwen werpen die over de grond of andere oppervlakken bewegen.
Wolken: Wolken die voor de zon of andere bronnen passeren, kunnen bewegende schaduwen veroorzaken.
Rook en stof: Rook- en stofdeeltjes in de lucht kunnen het licht verstrooien, waardoor schaduwen ontstaan die lijken te bewegen.