In de Joodse folklore is een golem een antropoïde wezen dat op magische wijze is gemaakt uit levenloze materie. Het woord golem is afgeleid van het Hebreeuwse woord dat 'ongevormde materie' of 'embryo' betekent. Golems worden vaak afgebeeld als groot en krachtig, en soms worden ze gebruikt om mensen te beschermen of om taken uit te voeren die te moeilijk of gevaarlijk zijn voor mensen.
Het bekendste golemverhaal is het verhaal van de Golem van Praag. Volgens de legende werd de Golem van Praag in de 16e eeuw gecreëerd door rabbijn Judah Loew ben Bezalel. De golem was gemaakt van klei en werd tot leven gebracht met behulp van magische spreuken. De golem werd gebruikt om het Joodse volk van Praag tegen vervolging te beschermen, maar werd uiteindelijk te machtig en moest worden vernietigd.
Homunculus
Een homunculus is een klein, kunstmatig mens dat is gecreëerd door middel van alchemie of andere magische middelen. Het concept van de homunculus bestaat al eeuwen en is te zien in literatuur, kunst en film.
In de alchemie werd gedacht dat de homunculus een manier was om leven vanuit het niets te creëren. Alchemisten probeerden vaak homunculi te creëren door verschillende ingrediënten met elkaar te mengen, zoals menselijk bloed, sperma en aarde. Er wordt aangenomen dat de homunculus in de loop van de tijd zou groeien en zich ontwikkelen, en dat hij uiteindelijk een volledig gevormd mens zou worden.
De homunculus wordt vaak afgebeeld als een klein, mensachtig wezen met een groot hoofd en een onevenredig lichaam. Het wordt vaak afgebeeld als naakt en haarloos, en het heeft een vreemd, buitenaards uiterlijk.
Het concept van de homunculus is gebruikt om een verscheidenheid aan thema's in de literatuur, kunst en film te onderzoeken. Deze thema's omvatten de aard van het leven, de schepping van leven en de relatie tussen mensen en hun scheppers.