De wanden van haarvaten zijn bekleed met kleine poriën, die de doorgang van water, elektrolyten en kleine moleculen zoals zuurstof en kooldioxide mogelijk maken. Grotere moleculen, zoals eiwitten, kunnen de poriën niet passeren en moeten door de endotheelcellen worden getransporteerd door een proces dat transcytose wordt genoemd.
Haarvaten zijn ook betrokken bij de regulering van de bloeddruk en de vochtbalans. Wanneer de bloeddruk te hoog is, kunnen de haarvaten zich verwijden, zodat er meer bloed kan stromen. Wanneer de bloeddruk te laag is, kunnen de haarvaten zich vernauwen, waardoor de bloedstroom wordt verminderd.
De uitwisseling van stoffen tussen het bloed en de omliggende weefsels vindt plaats in de interstitiële ruimtes, de ruimtes tussen de cellen. De interstitiële ruimtes zijn gevuld met een vloeistof die interstitiële vloeistof wordt genoemd en die voedingsstoffen, zuurstof en afvalproducten bevat.
De uitwisseling van stoffen tussen het bloed en de interstitiële vloeistof vindt plaats door diffusie, wat de beweging is van moleculen van een gebied met een hoge concentratie naar een gebied met een lage concentratie. Zuurstof diffundeert vanuit het bloed naar de interstitiële vloeistof, en kooldioxide diffundeert vanuit de interstitiële vloeistof naar het bloed.
Haarvaten zijn essentieel voor het goed functioneren van het lichaam. Ze zorgen voor de uitwisseling van zuurstof en kooldioxide, de regulering van de bloeddruk en de vochtbalans, en het transport van voedingsstoffen en afvalproducten.