Saders:
Slagaders transporteren zuurstofrijk bloed weg van het hart en naar de rest van het lichaam. De aorta is de grootste slagader in het lichaam en vertakt zich in kleinere slagaders die bloed aan verschillende organen en weefsels leveren. Slagaders hebben dikke, gespierde wanden die helpen het bloed tegen de druk van de bloedbaan in te pompen.
Aderen:
Aderen voeren zuurstofarm bloed terug naar het hart. Aderen hebben dunnere wanden dan slagaders en bevatten kleppen die helpen voorkomen dat bloed terugstroomt. De grootste ader in het lichaam is de vena cava, die bloed van het onderlichaam terug naar het hart transporteert.
Haarvaten:
Haarvaten zijn de kleinste bloedvaten in het lichaam. Ze verbinden slagaders met aderen en zorgen voor de uitwisseling van zuurstof, kooldioxide en andere voedingsstoffen tussen het bloed en de omliggende weefsels. Haarvaten hebben zeer dunne wanden die de diffusie van stoffen tussen het bloed en de weefsels mogelijk maken.