Kosmologie en astrologie zijn twee woorden die vaak met elkaar verward worden, maar in werkelijkheid verwijzen ze naar twee heel verschillende vakgebieden. Kosmologie is de wetenschappelijke studie van de oorsprong en evolutie van het universum, terwijl astrologie de studie is van de bewegingen en relatieve posities van hemellichamen en hun invloed op menselijke aangelegenheden.
Kosmologie is gebaseerd op de wetenschappelijke methode, die observeren, testen en theoretiseren omvat. Kosmologen gebruiken telescopen en andere instrumenten om gegevens over het universum te verzamelen, en ze gebruiken wiskundige modellen om theorieën te ontwikkelen over hoe het universum is ontstaan en hoe het evolueert. Astrologie daarentegen is geen wetenschap. Het is gebaseerd op de overtuiging dat de posities van de sterren en planeten menselijke aangelegenheden kunnen beïnvloeden. Astrologen gebruiken grafieken en andere hulpmiddelen om toekomstige gebeurtenissen te voorspellen of om iemands persoonlijkheid of compatibiliteit met anderen te bepalen.
Kosmologie is een relatief nieuw vakgebied, terwijl astrologie al eeuwen bestaat. De kosmologie begon zich te ontwikkelen in de 19e eeuw, toen astronomen telescopen begonnen te gebruiken om de hemel te observeren en te theoretiseren over het universum. Astrologie daarentegen wordt al duizenden jaren beoefend en de wortels ervan zijn terug te voeren op oude beschavingen zoals de Babyloniërs en de Grieken.
Tegenwoordig is de kosmologie een gerenommeerd vakgebied en wordt het beschouwd als een van de belangrijkste takken van de natuurkunde. Kosmologen hebben grote vooruitgang geboekt in het begrijpen van het universum, en ze hebben een aantal theorieën ontwikkeld over de oorsprong en evolutie ervan. Astrologie daarentegen is geen erkende wetenschap en wordt vaak beschouwd als een vorm van bijgeloof.