Van de Chaldeeën verspreidde de astrologie zich naar de Grieken, die deze verder ontwikkelden en introduceerden in de westerse wereld. De Griekse astronoom en wiskundige Claudius Ptolemaeus schreef het invloedrijke boek Tetrabiblos, waarin de principes van de astrologie werden uiteengezet zoals deze in de Grieks-Romeinse wereld werd beoefend.
Astrologie werd gedurende de middeleeuwen en de renaissance op grote schaal beoefend en werd als een legitieme wetenschap beschouwd. Met de opkomst van de moderne wetenschap en de ontwikkeling van rationele en wetenschappelijke methoden om het universum te bestuderen, begon de astrologie echter haar geloofwaardigheid te verliezen en werd ze uiteindelijk afgedaan als een pseudowetenschap.